En nog een vraag.
Mijn pa had vroeger een 7-meter bootje om op garnalen te vissen.
Er waren problemen met de schroef, iets met de "spoed" die niet goed was.
Is daar ook sprake van bij modelbouw, of enkel bij 1:1 boten?
De 'spoed' van een schroef is de hoek die de schroefbladen maken ten opzichte van de schroefas.
Een link met wat achtergrond:
Heeft mijn boot de juiste schroef? | Informatie voor de watersporter
(Scheelt mij veel typwerk

)
Kort omschreven:
Snelle schepen hebben een relatief kleine schroef met hoge spoed. De Schnellboote van de Duitsers in de oorlog hadden bijna een spoed van 45 graden. Bedoeld voor motoren met hoge toerentallen die een smalle boot heel snel moesten laten varen. Die dingen voeren dan ook bijna 40 knopen.
Een voorbeeldje van een vierbladsschroef met hoge spoed: (Geprint, dus hij moet nog bewerkt worden)
Grotere schepen hebben langzaam lopende machines die een grote schroef met weinig spoed aandrijven.
Het bladoppervlak van die schroeven is ook groot. Zie hier onder:
Schroeven voor kleine scheepjes, zoals jachtjes of het viskottertje uit jouw voorbeeld hoeven niet zoveel massa te verplaatsen, dus is een kleine spoed en weinig bladoppervlak prima.
En dan heb je nog de 'buitencategorie'

: schroeven voor oorlogsschepen en onderzeeërs: (en sommige bulkcarriers)
Schroeven waarbij het niet alleen gaat om efficiëntie, maar ook het voorkomen van geluid en, indien nodig, het schip voortstuwen met hoge snelheid zonder dat er cavitatie (vacuümvorming vorming rond de schroefbladen, maakt gigantisch veel lawaai en beschadigt de schroef) optreedt.
Vaak zie je dan 5 tot 7-blads schroeven, waarbij de bladen sikkelvormig zijn. Onderzeeërs, maar ook fregatten zijn hiermee uitgerust. Geluid is hun grootste vijand.
@brutus weet daar, als fullscale 'Vetputspecialist' natuurlijk veel meer van dan een simpele walhanger als ik...
Kortom: elk soort schip behoeft zijn eigen soort schroef.
Als je een te grote schroef of een schroef met een te hoge spoed onder je modelschip hangt, zijn er een paar mogelijkheden:
De elektromotor moet kei- en keihard werken om de schroef fatsoenlijk rond te krijgen omdat de schroef gewoon te groot is voor dat motortje.
Resultaat: je motor 'vreet' ampere's, wordt heet en gaat roken.
En je regelaar gaat 't ook niet leuk vinden: ook die wordt heet en gaat roken.
En, zoals een wijs man ooit zei: "Elektronica werkt op rook. Is de rook er uit, dan is de elektronica kapot.
Een te klein schroefje met weinig spoed is natuurlijk ook niet goed: de motor krijgt de schroef lachend rond, maar het model maakt geen snelheid en is alleen maar bezig zuurstof in het water te kloppen...
Leuk voor de visjes, maar als modelschipper sta je voor l*l...