Gaffel (85) + zeil en Spitsgaffel (86) + zeil
De beide zeilen worden aan het bovenlijk vast gemaakt met een rondhout die voorzien is van een vorkvormig uiteinde (gaffelklauw) die gedeeltelijk om de mast valt en daar glijdend langs de mast wordt opgehouden aan een Talie die bediend kan worden door een lijn die met een mastworp is vast gemaakt aan een specifieke korvijnagel (resp. 29 en 17) op de mastkraag.
Om te beginnen even iets over het (Gaffel) Grootzeil, een vierhoekig zeil waarvan het bovenlijk aan een gaffel en het voorlijk aan de mast bevestigd wordt. Doordat het onderlijk bij de schoothoek verbonden is met de Giek maakt het mogelijk het Grootzeil gedeeltelijk om de mast te laten draaien zodat deze bij het ‘voor de wind’ varen onder een redelijke hoek dwars op de boot gezet kon worden.
Omdat er op de tekening van Mantua geen Seizing (reefknuttels) voorkwamen, dat zijn korte touwen door een zeil dat bij een te sterke wind samen gebonden kan worden om het zeiloppervlak te verkleinen, ben ik op zoek gegaan naar wat informatie, en zover ik heb kunnen nagaan bleek dat; alleen als er op een langs getuigd schip (boot) een Giek gevoerd werd, er wel degelijk gebruik gemaakt werd van reefknuttels. Aan de hand van de hieronder gevonden afbeelding linksboven, heb ik deze op mijn zeil alsnog aangebracht.
nb. toen ik afgelopen zomer de zeilen vooruit gemaakt had, was er door mij al 1 rij reefknuttels aangebracht (rode lijn). Maar met het vinden van de nieuwe tekening heb ik deze laten vervallen omdat het mij te ‘hoekig’ over kwam. En heb ik de afgelopen week volgens de blauwe lijnen er 3 rif-lijnen van gemaakt.
Ik ben begonnen om de verbinding tussen Gaffel en Spitsgaffel (Ø 6 mm) met de Gaffelklauwen te voorzien van een astap en gat van Ø 4 mm. Toen ik daarna de opgegeven lengte van resp. 255 en 125 mm uit de stuklijst had afgetekend bleek dat, als ik ze beiden op de reeds gemaakte zeilen legde ze beiden een kleine 8 mm te lang waren. Mijn advies is dus: leg de beide Gaffels op de juiste plaats op de beide zeilen en dat is met de klauwhoek op de overgang tussen het rondhout en de klauw (groene pijl rechts) en kort dan af net op het eind van de Tophoek van beide zeilen.(kijk even goed op de tekening 3).
Daarna kunnen de beide Gaffels verjongt worden van Ø 6 mm naar Ø 4 mm, maak bij het verjongen van de Gaffel 85 gebruik van de vier messing ringen die in de blisterverpakking zitten. Controleer met behulp van de 3 banden 85B (Ø6/ Ø7 mm) en de gaffelnokband (85C Ø5/ Ø4 mm) totdat de 4 banden goed passen en strak aanliggen. Plaats op beide gaffels de oogbouten en voorzie waar nodig deze van de 1 schijfs-blokken.
Op het eind van iedere Gaffel zitten nog 2 messing haken (links) en deze moeten gemaakt worden van een stuk Ø 2 mm messing draad en van een bus Ø 2/ Ø 4 mm die in de blisterverpakking zitten. Het doel van deze beide haken is mij niet helemaal bekend maar ik meende in het verleden wel eens gelezen te hebben dat bij het laden/lossen van een lading dat er aan deze haken een talie gebonden werd en de gaffelboom gebruikt werd als een soort zwaaitakel tussen de kade en de boot.
Hierboven nog even een foto hoe ik beide haken gemaakt heb en de kleinere foto’s spreken eigenlijk voor zich zelf te beginnen bij linksboven met de onderdelen, daarna het solderen en de beide knoppen vormen. Vergeet niet het basis materiaal uit te gloeien om de spanning er uit te halen anders breekt hij gegarandeerd tijdens het buigen.
De afgelopen week ben ik maximaal 1 uurtje per dag met mijn boot bezig geweest en ik moet zeggen dat dit mijn rug(pijn) dusdanig ten goede kwam dat ik besloten heb om dit de komende week op dezelfde voet voort te zetten. Dus de vorderingen zitten even op een laag pitje, maar ik heb nog 3 weken te gaan voor de Kerst en op deze manier is het voor mij (voorlopig) beter uit te houden.
De beide zeilen worden aan het bovenlijk vast gemaakt met een rondhout die voorzien is van een vorkvormig uiteinde (gaffelklauw) die gedeeltelijk om de mast valt en daar glijdend langs de mast wordt opgehouden aan een Talie die bediend kan worden door een lijn die met een mastworp is vast gemaakt aan een specifieke korvijnagel (resp. 29 en 17) op de mastkraag.
Om te beginnen even iets over het (Gaffel) Grootzeil, een vierhoekig zeil waarvan het bovenlijk aan een gaffel en het voorlijk aan de mast bevestigd wordt. Doordat het onderlijk bij de schoothoek verbonden is met de Giek maakt het mogelijk het Grootzeil gedeeltelijk om de mast te laten draaien zodat deze bij het ‘voor de wind’ varen onder een redelijke hoek dwars op de boot gezet kon worden.
Omdat er op de tekening van Mantua geen Seizing (reefknuttels) voorkwamen, dat zijn korte touwen door een zeil dat bij een te sterke wind samen gebonden kan worden om het zeiloppervlak te verkleinen, ben ik op zoek gegaan naar wat informatie, en zover ik heb kunnen nagaan bleek dat; alleen als er op een langs getuigd schip (boot) een Giek gevoerd werd, er wel degelijk gebruik gemaakt werd van reefknuttels. Aan de hand van de hieronder gevonden afbeelding linksboven, heb ik deze op mijn zeil alsnog aangebracht.
nb. toen ik afgelopen zomer de zeilen vooruit gemaakt had, was er door mij al 1 rij reefknuttels aangebracht (rode lijn). Maar met het vinden van de nieuwe tekening heb ik deze laten vervallen omdat het mij te ‘hoekig’ over kwam. En heb ik de afgelopen week volgens de blauwe lijnen er 3 rif-lijnen van gemaakt.
Ik ben begonnen om de verbinding tussen Gaffel en Spitsgaffel (Ø 6 mm) met de Gaffelklauwen te voorzien van een astap en gat van Ø 4 mm. Toen ik daarna de opgegeven lengte van resp. 255 en 125 mm uit de stuklijst had afgetekend bleek dat, als ik ze beiden op de reeds gemaakte zeilen legde ze beiden een kleine 8 mm te lang waren. Mijn advies is dus: leg de beide Gaffels op de juiste plaats op de beide zeilen en dat is met de klauwhoek op de overgang tussen het rondhout en de klauw (groene pijl rechts) en kort dan af net op het eind van de Tophoek van beide zeilen.(kijk even goed op de tekening 3).
Daarna kunnen de beide Gaffels verjongt worden van Ø 6 mm naar Ø 4 mm, maak bij het verjongen van de Gaffel 85 gebruik van de vier messing ringen die in de blisterverpakking zitten. Controleer met behulp van de 3 banden 85B (Ø6/ Ø7 mm) en de gaffelnokband (85C Ø5/ Ø4 mm) totdat de 4 banden goed passen en strak aanliggen. Plaats op beide gaffels de oogbouten en voorzie waar nodig deze van de 1 schijfs-blokken.
Op het eind van iedere Gaffel zitten nog 2 messing haken (links) en deze moeten gemaakt worden van een stuk Ø 2 mm messing draad en van een bus Ø 2/ Ø 4 mm die in de blisterverpakking zitten. Het doel van deze beide haken is mij niet helemaal bekend maar ik meende in het verleden wel eens gelezen te hebben dat bij het laden/lossen van een lading dat er aan deze haken een talie gebonden werd en de gaffelboom gebruikt werd als een soort zwaaitakel tussen de kade en de boot.
Hierboven nog even een foto hoe ik beide haken gemaakt heb en de kleinere foto’s spreken eigenlijk voor zich zelf te beginnen bij linksboven met de onderdelen, daarna het solderen en de beide knoppen vormen. Vergeet niet het basis materiaal uit te gloeien om de spanning er uit te halen anders breekt hij gegarandeerd tijdens het buigen.
De afgelopen week ben ik maximaal 1 uurtje per dag met mijn boot bezig geweest en ik moet zeggen dat dit mijn rug(pijn) dusdanig ten goede kwam dat ik besloten heb om dit de komende week op dezelfde voet voort te zetten. Dus de vorderingen zitten even op een laag pitje, maar ik heb nog 3 weken te gaan voor de Kerst en op deze manier is het voor mij (voorlopig) beter uit te houden.