Update 10
Heren, Laten we de discussie vriendelijk houden. Ieder kan zeggen wat hij ervan vind, zonder daar vervelend commentaar op te krijgen. Zeker is dat we nog lang niet alles weten over die tijd.
In Scheepshistorie nr 28 staat een artikel “Houthalen met schepen uit de Nederlanden in een Noorse baai“.
Daar is wel wat informatie uit te halen.
Maar elders las ik dat uit Duitsland (via de Rijn) grote vlotten van houten stammen naar Nederland werden vervoerd, zoals Hans ook al vermeldde.
Ook uit de documentatie die ik heb voor de bouw van het model van de Romeinse Rijnaak is gebleken dat het hout daarvan (eik) afkomstig was uit het Zwarte woud. Dus ik vermoed dat eikenhout werd aangevoerd middels vlotten vanuit Duitsland.
De bossen in het Noorden zullen voornamelijk hebben bestaan uit naaldhout. De houthalers zullen dus voornamelijk dat soort hout daar hebben opgehaald.
Het hiervoor genoemd artikel geeft dat min of meer ook aan. Het hout daar vandaan werd vaak vervoerd als planken. Korte stukken gezaagd, maar de langere stukken waren gespleten uit stammen door daar wiggen in te slaan die nat werden gehouden. Daardoor gingen die wiggen uitzetten en zo de stam langs de nerven splijten. Deze methode werd ook al door de Vikingen gebruikt.
Het lijkt dus minder waarschijnlijk dat vanuit het Noorden zware dikke eikenstammen moesten worden vervoerd (niet onmogelijk), maar waarschijnlijker dunnere en langere naaldboom stammen en planken daarvan. Ik acht het niet onmogelijk omdat Stephan in het boek van John Harland heeft gezien dat takels aan masten en ra’s gebruikt werden om zware lasten te hanteren.
Het genoemde artikel beschrijft enkele schilderijen en verklaart wat daarop te zien is.
Voornamelijk wordt getoond dat men houten planken laadt via luiken in de zijkant van schepen.
Deze methode is waarschijnlijk nog veel ouder dan de 17e eeuw omdat er tekeningen bestaan van koggen met een laadluik in de scheeps wand.
Het leukste schilderij vind ik deze:
Andries van Eertvelt (1590-1652) Olieverf op paneel ca 1625.
Het schip links, hier wel met een vlakke spiegel, dus geen fluit, wordt geladen via de achter luiken.
In de tekst wordt aangegeven dat er een takel is bevestigd om de stam voor het luik te takelen. (Maar hoe dan verder?) Een stam steekt erin en enkele andere liggen nog in het water. Het schip ligt wel scheef mogelijk iets op het droge. (Bij gebrek aan een mooie kade) Daaronder wordt een vlot samengesteld van planken. En meer naar rechts is een bootje te zien met in de lengte gestapelde korte palen, waarschijnlijk voor het rechts gelegen schip.
Dat schilders soms meer verstand hadden van schilderen dan van schepen beladen is op onderstaand schilderij te zien:
Aert van Antum (1580-1620) Oliverf op paneel. Ca 1615-1620
Rechts ligt een vlot van planken welke als deklast worden geladen. Dit zal nooit zijn gebeurd omdat het schip dan veel te instabiel zou worden. Daar links van vaart een bootje met twee korte palen daar dwars op. Ook dit zal niet gebeuren wegens de daardoor ontstane instabiliteit van het bootje.
Daar weer links van vaart nog een bootje dat enkele palen achter zich aan sleept.
Helemaal links ziet u hoe een aantal korte palen correct wordt gestapeld tussen twee verticale palen.
Kortom, mijn schets in mijn vorige update, dat een fluit, liggend tegen een kade, wordt geladen met lange echt zware boomstammen, lijkt niet erg waarschijnlijk. Dat via die luiken lange palen worden geladen is wel zeker. En dat via de zijluiken planken worden geladen is eveneens zeker.
Wordt vervolgd.