Retro F3A Modellen

Het model wat wij aan het nieuw leven inblazen zijn is de Mystic 60.
Het laatste WK model van Hanno Prettner.
In 1991 had hij een Mystic 120 ontworpen met als krachtbron de legendarische OS FS 120 Surpass SP.
Een echte compressormotor. In 1991 werd de 5 e plaats in het WK in Australië gehaald.
In 1993 greep Hanno Prettner weer terug op een nog legendarischere motor de 10 CC OS Max 61RF Hanno special.
Deze motor werd in 1989 voor het eerst in een WK ingezet.
Hiervoor werd de Mystic 120 downsized naar een 68 inch versie.
Met dit Model werd in Notsch ( Karinthië) Oostenrijk de wereldtitel weer heroverd.
Voor mij het eerste WK wat ik bezocht.
Chip Hyde de WK van Australië 1991 vloog in Notsch met zijn 120 versie van de Dr Jekyll en heeft het omgekeerde pad bewandeld.
In 1991 werd het WK met een 60 versie van de Dr Jekyll en in Oostenrijk 2e met de 120 Jekyll.
De Jekyll was voor dit WK speciaal uitgerust met de OS FS 120 Surpass SP. Hij had vanwege sponsoring zijn YS 120 AC vervangen voor de OS.
Zelf heb ik 4 jaar met de Dr Jekyll en de YS 120AC gevlogen.
Vorig jaar ben ik begonnen met alle motoren waarmee ik heb gevlogen te verzamelen en kan ik kiezen waarmee ik de Mystic ga uitrusten.
Ik kan een 120 versie bouwen of een 60 versie.
Verstandig is een 60 versie te bouwen , het Duits- Oostenrijkse retro reglement staat nu tot maximaal een 15 cc motor toe.
Maar dat reglement wordt 2 jaarlijks bijgesteld .
De Mystic 120 is van 1991 en nog geen 35 jaar oud, de Mystic 60 is van 1993, moet ook nog even wachten.


De Mystic 60 van Hanno Prettner in Notsch. Beide Dr Jekyll s van Chip Hyde en de OS Max Hanno Special met luchtfilter in de Topaz van Peter Wessels .

 

In 1977 mochten wij nog wel eens op ESTEC vliegen in Katwijk. Een bijzondere locatie , nu ondenkbaar maar toen heel gewoon.
Op de foto Bert en Dick van der Vecht met de legendarische Cuarare voorzien van een Os Max 61 FSR .
Bert heeft dit model jaren gevlogen en daarna nog decennia bewaard. En jaar geleden vertelde hij dat hij het model heeft verkocht.

 

Ook de Nederlandse deelnemers aan internationale wedstrijden maakten prachtige modellen.
Hier de Quasar van Jan van Beek met een Saito 20 CC viertakt motor. De Quasar is een ontwerp van Gunther Metterhausen en was destijds in kit vorm te koop.
Op de andere foto de Pacific Bird van Jan van Vliet, een eigen ontwerp met een OS max Hanno special.
Het model heeft een deelbare vleugel welke met een paar boutverbindingen op het midden spant deelbaar was gemaakt.
Jan is inmiddels 88 jaar oud en nog volop actief in de F3A als coach en Jurylid.
Een paar dagen geleden zat hij nog naast mij bij het jureren van een F3 P wedstrijd. Heel bijzonder om op 88 jarige leeftijd nog 5 verschillende wedstijd programma s te jureren.

 

Hier een greep uit mijn archief van F3A modellen.
De Desafio van Somenzini tijdens het WK in Notsch, bij de Desafio was er een dunne koolstof buis door de vleugels heen gemaakt waardoor de rook van de YS 120 AC aan de vleugeltippen een wit spoor liet zien.
Een doorontwikkeling van de Tipporare van Dave Brown, met een 20 cc OS viertakt.
De Summit van Ivan Kristensen, de Joker van Wolfgang Matt, en de Supra Fly van Hanno Prettner, toen nog met een Super Tigre als krachtbron.
Een Sultan van Gunter Hoppe met de resonantiepijp buiten de romp gemodelleerd.
.

 

Uit weer een ander album.


De USA Star van David van Lindsowe met een YS 120 AC een van de eerste 2x2 modellen, bijzonder was te zien hoe hij na elke vlucht de tank naast het model hing.
Hij gebruikte een 16X 11 propeller voor een langzame vliegstijl daar waar de meeste deelnemers een 14.4 x13 APC inzetten.
Deze propeller is speciaal voor de YS 120 AC ontwikkeld.
Ook de Topaz van Peter Wessels mag in dit rijtje niet ontbreken. Toen was de Topaz nog voorzien van een OS 61 VF motor de latere Hanno special kwam in 1989 in de modellen.
Voor de statistici.
De OS VF heeft een doorlaat van 9.5 Mm in de carburateur en de Hanno Special een doorlaat van 9 mm.

 

Nog geen retro maar 2009 lijkt lang geleden, hier een foto van de startvoorbereiding voor een wedstrijdvlucht in Sivry, Grandrieux in 2009. Jan van Vliet was mijn coach en helper.
Het model bestaat nog steeds.




De Nederlandse ploeg Danny van Vliet, Derk van der Vecht , Jan van Vliet en mijzelf .

 

leuk al die oude foto's en jonge 'kerels'

 

Dat krijg je als je gaat opruimen.
Wordt wel minder.

 

Ook nog een foto van mijn Hyde Away tijdens het WK in Portugal in 2004.
Ik had het model uitgeleend aan Fred de Wit omdat hij kort daarvoor 2 modellen verloor.
De Hyde Away was een ontwerp van Chip Hyde en voorzien van een YS 140 DZ ,een motor met veel vermogen en een extreem hoog brandstofverbruik.
Met een verbruik van 700 CC in 8 minuten en een mengsel met 30 % nitro methaan had je aan 5 liter brandstof niet genoeg voor een middag vliegen.

 

Nog een paar modellen.
Het is 1983 toen vloog ik met de Fire Fly, een ontwerp van Phil Kraft , de opvolger van de Kwik Fly MK3. Uitgerust met een Webra 61 mijn eerste longstroke met zijuitlaat.
De motor is inmiddels gereviseerd en recent weer laten lopen. Deze motor begrijp ik nu pas, de motor liep altijd goed maar ik voelde gen compressie,
Deze motor heeft net als de Webra 40 speed een Dykes zuigerveer, een zuigerveer die uitzet als er gas tussen de veer en de zuiger komt.
Een van mijn favorieten in die tijd was een Mattlass 40 met een Webra 40 speed. Op de voorgrond mijn eerste Curare met een OS 61 FSR.
Al deze motoren werken nog en zijn tot nieuwstaat gereviseerd.


Hier mijn Magic 40 met het deksel er af.
Dit model had een Super Tigre X45 , helaas heb ik deze motor niet meer. Ben er nog wel naar op zoek maar is inmiddels vrij zeldzaam geworden. Voor € 400,- kom je ze soms wel eens tegen.

 

Fraai stukje historie! Om rode oortjes van te krijgen!

 

Voor Kurt, hier kan je goed zien hoe dik de achter lijst van het richtingsroer is, dit zijn foto s uit 2005 tijdens het Wk.

 

In 2003 in Deblin Polen was de Cocaine van Gunther Ulsamer het model met de meest spectaculaire afwerking.
De Double Vision was het model van Chip Hyde , uitgerust met het Prototype van de YS 160 DZ.
Hij had de motor enkele dagen voor het WK gekregen en vlak voor de training werd de motor in de pits ingebouwd.
Het was een een van de beste YS motoren ooit gemaakt.

 

Betreft de x40... hier staat er nog een.
Vraagt een wensprijs... vraagprijs maakt nog geen verkoopprijs...

https://www.kleinanzeigen.de/s-anze...e-unbenutzt-und-neuwertig/2644749711-249-2863

 

Hallo Bas,

Bedankt voor het zoeken, ik wil echt een Super Tigre X 45 voor mijn verzameling. De Super Tigre X 40 ziet er prachtig uit maar ik zoek motoren waar ik ook mee heb gevlogen.
Ik ben nog geen jaar bezig en ik mis er nog maar 3 , ondertussen heb ik wel een hele mooie OS Max 46 VF ABCP in topconditie gedoneerd gekregen.
Alleen nieuwe lagers een paar nieuwe pakkingen en de motor is weer top.
Het voorlager heeft een Amerikaanse maat, en het achter lager een metrische maat, nu blijkt dat het metrische lager speciaal voor OS is gemaakt en nog gewoon te koop.
Het voorlager is precies hetzelfde lager als in de YS 120 AC wordt gebruikt , hiervan heb ik er nog 2 in voorraad.

 

Het stabilo is uitgelijnd en vastgelijmd.
Dit is een tijdrovend klusje, hier komt alles samen.
Haaks en in de juiste positie ten opzichte van de vleugel, ook nog de juiste instelhoek.
Op 5 doormeetpunten moet alles kloppen.
De Minare is ruwbouw gereed 1150 gram.

 

Inmiddels zijn ook de onderdelen gedigitaliseerd en de tekening van de Mystic 60 uitvoering op ware grootte uitgeprint.
In ieder geval een afneembaar stabilo met een instelhoek verstelling en per hoogteroer een servo.
De originele retracks heb ik nog.
Motorkeuze moet ik nog maken, een 2 takt LS met pomp en pijp of een E motor.

 

Kom ik nog even op terug.
Ik heb daar aan verschillende districtskampioenschappen (NH/ZH) meegedaan (ik denk 1977 en 1978).
De eerste keer was het voor mij rennen van het ene onderdeel (F2B) naar het andere (F3A, met wat toen het "tussenprogramma" heette een soort van F3A-B) en weer terug. Dat vervolgens 3 rondes achter elkaar.
Prachtig terrein. Er is de afgelopen 30 jaar veel verloren gegaan voor het modelvligen.

 

Als jong ventje stapte ik plm. een halve eeuw geleden op de fiets en reed een kleine 10 km. om dat te gaan zien!

Op afstand bestuurbare modelvliegtuigen!

Koos Tromp, herinner ik me ook.

Waar blijft de tijd . . .


jan.

 

Het positieve is dat er ook heel veel is bijgekomen, denk aan de elektromotoren, de Lipo s .
Het indoorvliegen, de 4 takt motoren, de stermotoren.
Estec was natuurlijk wachten totdat het modelvliegen daar ophield.
De tijd van de open uitlaten en de eenkamer dempers ligt ver achter ons.
Bij het bouwen van Retro modellen krijg ik steeds meer respect voor de pioneers, nu smokkel ik nog wel eens door moderne techniek te gebruiken voor Vintage.