HMS Victory - Caldercraft - 1:72

Dag Wil,
Leuk dat je ook een Victory wil bouwen. En dat je dat op een zo correct mogelijke manier wil doen.
Caldercraft is een van de betere kits, maar heeft ook zo zijn eigenaardigheden. Het voordek is bijv anders dan de Victory van dit moment. De huidige Victory is teruggebracht in de staat van 1805 en dat is de Caldercraft dus niet.
De reeds genoemde boeken zijn inderdaad heel waardevol en geven aanvullende info. Maar pas op met overnemen van maten uit de ene en gebruiken samen met maten uit een andere bron.
Foto's van de huidige Victory zijn uiteraard heel zinvol en ik heb er heel van. Als je wil kan ik je die toesturen.
Eigen dingen toevoegen kan natuurlijk altijd zoals bijv verlichting in de lantaarns en andere plekken.
En ik onderschrijf het advies van Paul: Stel veel vragen. Op bijna alles is een antwoord te krijgen.
Succes
Jan Zwart
 
Hallo allen,
Wat een hartelijk welkom, dank jullie wel.
Wat ik me nu afvraag, is het volgende:
Ik val in dit forum midden in het project van Paul en ik kan me voorstellen dat jullie op dit project niet zitten te wachten op allerlei vragen die over het begin van zo'n bouwproces gaan.
Is het daarom beter dat ik zelf een bouwverslag opstart?

Alvast bedankt
Gr. Wil
 
janzwart zei:
Dag Wil,
Leuk dat je ook een Victory wil bouwen. En dat je dat op een zo correct mogelijke manier wil doen.
Caldercraft is een van de betere kits, maar heeft ook zo zijn eigenaardigheden. Het voordek is bijv anders dan de Victory van dit moment. De huidige Victory is teruggebracht in de staat van 1805 en dat is de Caldercraft dus niet.
De reeds genoemde boeken zijn inderdaad heel waardevol en geven aanvullende info. Maar pas op met overnemen van maten uit de ene en gebruiken samen met maten uit een andere bron.
Foto's van de huidige Victory zijn uiteraard heel zinvol en ik heb er heel van. Als je wil kan ik je die toesturen.
Eigen dingen toevoegen kan natuurlijk altijd zoals bijv verlichting in de lantaarns en andere plekken.
En ik onderschrijf het advies van Paul: Stel veel vragen. Op bijna alles is een antwoord te krijgen.
Succes
Jan Zwart
Klik om te vergroten...
 
Hallo Jan,
Bedankt voor je reactie.
Ik heb inmiddels van de boeken van Longridge en McKay digitale exemplaren in pdf gevonden. Op mijn tablet zijn de tekeningen en schetsen echter niet echt duidelijk. De tekst komt wel goed over. Ligt dit aan mijn tablet of moet ik dit op mijn vaste pc nog eens proberen? Heb jij ervaring met deze digitale documenten? Of is de enige manier om een echt boek te kopen?
Van je aanbod voor het toesturen van de foto's wil ik graag gebruik maken. Hoe wil je dit afspreken?
Ander vraagje: Op de sites in Engeland bieden ze naast de kit ook verfpakketten op waterbasis aan. Is dit aan te raden en zijn de kleuren juist?
Alvast bedankt.
Gr. Wil
 
paulbo zei:
Hallo Wil,

Het is een mooi meerjarig project waar je aan gaat beginnen. Fijn dat je mijn (en die van anderen) bouwkunsten waardeert. Ik hoop dat je er je voordeel mee kunt doen.
Alles hangt af van hoe hoog je de lat legt en hoeveel tijd je er over wilt doen. Voor mij is bouwtijd totaal onbelangrijk, omdat de meeste lol in het bouwen (en onderzoek) zit en ik zo historisch correct mogelijk wil bouwen.
Helemaal eens met Herby's adviezen. Het touw van Caldercraft is nogal pluizig (schijn je te kunnen corrigeren met bijenwas) en dit heb ik vervangen met touw uit Duitsland (http://www.takelgarne.de). Alle maten, kleuren en de keus tussen links- en rechtsgeslagen.
Mijn blokken komen hoofdzakelijk van de Syren company (https.syrenshipmodelcompany.com). Mocht je nieuwe blokken bestellen, bestel dan meer dan Caldercraft aangeeft in de parts list; als je historisch correct wil bouwen heb je meer blokken nodig. De 2 mm blokken (vooral gebruikt voor de kanonnen) heb ik online in Polen gekocht, maar dat bedrijf heeft geen website meer.

Met jouw plannen heb je zeker de boeken nodig die Herby noemt. Daarnaast vond ik het boek van McGowan (HMS Victory: her construction, career and restoration) erg nuttig vanwege de tekeningen van McKay. Kost wel rond de 85 dollar. Verder is het nuttig om heel veel foto's te hebben van de HMS Victory zoals ze er nu in Portsmouth bijligt. Mooiste is om er zelf heen te gaan en foto's te maken, maar op het internet kun je ook heel veel vinden.

Nog een advies: stel veel vragen op dit forum (en eventueel ook op modelshipworld.com). Neem ongevraagd (en vrijwel altijd goedbedoeld) advies serieus, ook al kan het soms betekenen dat je iets overnieuw moet doen. Maar, en dat ten slotte, het is jouw project en je bouwt zoals je zelf wil.

Ik zie uit naar je verslag!

Gr. Paul
Klik om te vergroten...
 
Hallo Paul,
Bedankt voor je reactie.
Heb jij voor mij de specs en hoeveelheden van het touw dat jij gebruikt hebt?
Daarnaast geef je aan dat er meer blokken nodig zijn, dan in de kit aanwezig. Komt dit omdat jij verfijnder bouwt dan waar de kit vanuit gaat, of heeft dit een andere reden. Heb je hiervan ook de spes en aantallen, die jij gebruikt hebt?
Ik probeer op dit moment voor mezelf een raming te maken van dit project. Niet onbelangrijk lijkt me, het gaat uiteindelijk om een aardig bedrag.
Zijn er verder nog bijkomende uitgaven te verwachten?
Hoe is trouwens je ervaring als blijkt dat in de kit bepaalde onderdelen ontbreken?
In de onderdelenlijst van Jokita mis ik volgens mij het nodige rondhout voor de masten. Kijk ik ergens overheen?

Alvast bedankt
Gr. Wil
 
PB = Persoonlijk Bericht. Klik rechts boven in het scherm op " Postvak in". Dan kan je een nieuwe conversatie starten. Die zijn alleen zichtbaar voor ons tweeen dan.
 
Een kleine mijlpaal: Ik heb de masten geplaatst en de mastvoeten bedekt met een fijne stof om canvas te suggereren.





















en de mastvoet van de bezaansmast op het niveau van het quarter deck:






Volgende is het staande want, te beginnen met de hangers voor de takels. Hier eerst een plaatje uit Zu Mondfeld:






Hier is de Engelse manier voor het bevestigen van de hangers anders dan de continentale dus dat lijkt eenvoudig. Probleem is dat Longridge weliswaar de continentale manier beschrijft, maar de Engelse manier tekent, net als Caldercraft in de handleiding. McKay tekent de Engelse manier, maar James Lees heeft alleen een beschrijving: de continentale manier.

Ik heb de neiging om het op de continentale manier te doen, tenminste, als er 2 hangers aan beide kanten zitten (fokkemast en grootmast). Als er maar 1 aan elke kant zit (bezaansmast, voormaststeng en grootmarssteng) dan doe ik het op de Engelse manier met een contrasplits.

Maar vanzelfsprekend sta ik open voor een goed advies!!

Gr. Paul
 
Wat een kunstwerk maak je van deze Victory Paul.
Advies kan ik je hier niet in geven, dat is denk ik meer voor of de tuigage specialist, of de Victory specialist :):)
 
Ik begrijp je uitleg onder de tekening in zu Mondfeld niet goed: "Longridge en Lees beschrijven de continentale manier" . Dat zou mij ten zeerste verwonderen vermits Lees het standaardwerk voor het optuigen van Engelse schepen geschreven heeft, en Longridge de, volgens mij, meest gedetailleerde beschrijving gemaakt heeft van HMS Victory.

Ik heb plan Nr 8 gevolgd in zijn boek, dat grotendeels overeenkomt met de Engelse manier in de getoonde tekening, met als voornaamste afwijking dat de eerste hoofdtouwen naar stuurboord gaan in plaats van naar bakboord.

ik wens je hoe dan ook succes met de gekozen optie.
 
paulbo zei:
Ik heb de neiging om het op de continentale manier te doen, tenminste, als er 2 hangers aan beide kanten zitten (fokkemast en grootmast).
Klik om te vergroten...
Er zitten 2 hangers aan beide kanten. Alleen bij oudere kleinere schepen kon er nog wel eens 1 aan iedere kant zitten. Zo beschrijft Anderson het ook. Ook begin je altijd aan de stuurboord kant zoals ook beschreven in Lees en Anderson.
Mondfeld heeft het over de 17de en 18de eeuw. De meeste tuigage manieren werden in Nederland ontdekt en veelal gevolgd door de rest van het continent en vervolgens door de Engelsen. De beschrijving en manier zoals Anderson het geeft en Lees en zoals de continentale tekening (middelste) in Mondfeld lijkt mij correct. Ook omdat die methode in een latere periode ook zo gedaan werd bij Engelse schepen. En jouw schip is een laat 18e-eeuws schip. Dat in 1803 gerestaureerd/opgeknapt werd om weer dienst te doen, kreeg ook 4 stuks geschut meer. Van 100 naar 104. Ik neem aan dat het tuig ook op een modernere manier werd gedaan.
Hopelijk heb je hier iets aan.
 
Dank je Peter, en het advies waar jij het over hebt heb ik van de kenners gekregen (Herby en Stephan, dank).
James Lees is inderdaad de grootste autoriteit op het gebied van tuigage van deze schepen, en ik heb zijn tekst gevolgd: when two pairs are fitted, they were rigged like the shrouds, that is, the pendants were made from one length of rope seized to form a bight around the mast.
Zo ben ik dan ook aan de gang gegaan.
Dus dat betekent het maken van een kabel van de juiste lengte, met een kous aan beide uiteinden en over de gehele lengte bekleed (served).

Eerst de kous vastgemaakt aan 1,2mm touw met een druppeltje secondelijm.



Vervolgens het bindsel, beginnend vlak bij de kous:






Het bindsel richting de kous om het touw winden en het dunne draad vastzetten met een knoop en wat secondelijm:







Vervolgens het bindsel om het heen en teruggaande touw winden weg van de kous, een korte afstand rond de 3 strengen waaruit het teruggaande touw bestaat:



Om te zorgen dat er een geleidelijke overgang is heb ik het teruggaande touw taps laten toelopen door 1 streng los te maken, en met twee strengen door te gaan:



Weer een korte afstand met twee strengen, weer 1 laten vallen, doorgaan met 1 streng en even later alleen het touw:




De rest van het touw bekleden (serving the rope):



en de draad voor de bekleding vastzetten op de plek waar het bindsel van het andere oog eindigt:



De tweede kous vastzetten:



Weer het bindsel starten vlakbij de kous en richting de kous. Weer een knoopje en secondelijm:






Deze keer kwamen alle drie de strengen los; geen probleem. Taps toe laten lopen is hetzelfde als aan de andere kant. Het bindsel loopt tot de plek waar je de draad van het bekleden tegenkomt. Knoop de twee draden aan elkaar, druppeltje secondelijm erop:






Haal de losse einden eraf met een scherp mesje, maar pas op dat je de dunne draad van het bindsel niet doorsnijdt.

En dan heb je de hangers voor de takel voor 1 zijde van de grootmast:



Gr. Paul
 
Mooi gedaan. Ook een handig derde handje. Ik gebruik een grote en was aan een kleinere aan het denk. Zoiets is precies wat ik in gedachte had.
 
Dank Stephan en Peter.

Vervolg van het staande want.
Eerst de hangers van de takels. Fokkemast en grote mast twee aan beide kanten; bezaansmast, voormaststeng en grote steng 1 aan elke kant:

Fokkemast:



Grote mast:



Bezaansmast:



Grote steng:




De jufferblokken zwart geschilderd:



Het voorste hoofdtouw van de wanten van de fokkemast en de grote mast zijn over de gehele lengte bekleed (en getrensd en gesmart) De andere hoofdtouwen zijn bekleed vanaf de ooglus (om de masttop) tot ongeveer de hoogte van de ra:








Alvorens te starten met het bevestigen van de hoofdtouwen aan de jufferblokken heb ik eerst een kous aan de fokkemast gezet voor de geleiding van de loze grootstengestag:








Dan hoe ik (met veel afkijken bij anderen) de hoofdtouwen heb bevestigd aan de jufferblokken. Ik heb de beslissing genomen om wantgeslagen touw te gebruiken (rechtsgeslagen), en dat beïnvloed de manier waarop je de jufferblokken moet bevestigen. De informatie over welke touw je moet gebruiken voor het want is niet eenduidig. Pas toen ik alle hoofdtouwen had gemaakt zag ik dat op de Victory in Portsmouth het fokkemast want en het grote mast want linksgeslagen (kabelslag) heeft en het want van de bezaansmast rechtsgeslagen touw (wantslag). Te laat om het te veranderen, en zoals gezegd: zelfs Lee zegt: shrouds were mainly made of shroud laid rope, though sometimes cable laid was used.

Bij hoofdtouwen met wantslag ligt aan bakboord zijde het korte eind aan de voorzijde (kant van de boeg) tegen het staand gedeelte. Aan stuurboord ligt het korte eind tegen de achterzijde van het staande gedeelte.
Altijd ligt het korte eind aan de binnenzijde (dekzijde) van get staande gedeelte, dus waar ze net boven het jufferblok elkaar kruisen.

De hoogte van het bovenste jufferblok is belangrijk. Sowieso is het want een aandachttrekker bij een model. Bij de fokkemast ligt het jufferblok juist boven het hangmatnet. Om ervoor te zorgen dat alle bovenste jufferblokken op gelijke hoogte hangen heb ik simpel malletje gemaakt van messing metaaldraad. Om te voorkomen dat deze elke keer uit het jufferblok schoot gebruikte ik 1 of 2 clipjes achter het jufferblok. Dan zoveel mogelijk spanning zettem op het het touw en vastzetten met een klem.





Twee druppels secondelijm om het touw te fixxeren aan het blok:





Het touw is met 3 bindsels vastgezet aan het jufferblok: een kruis- of hartbindsel, vlak boven het blok:....




....en twee rondbindsels waar het korte eind aan het staande gedeelte wordt gezet. Wel belangrijk dat deze bindsels in alle hoofdtouwen allemaal op dezelfde hoogte zitten





Eerste rondbindsel




Tweede rondbindsel:




Het korte eind: net boven het bovenste bindsel wat secondelijm:





En trimmen met een nagelknijper voor het eindresultaat:




En nog een hoop touwen te gaan...

Gr. Paul
 
You must log in or register to reply here.
Back
Top